Historie

Hier kun je kiezen voor de historie van O.V.U. Kessel of voor de historie van beugelen in zijn algemeenheid.

Historie beugelsport algemeen

Beugelen is een volkssport uit Limburg (Zowel Nederlands- als Belgisch-) en Noord-Brabant en één van de oudste balsporten van Nederland. Verder wordt beugelen ook in Duitsland (Nordrhein-Westfalen) gespeeld en spelen enkele verenigingen uit deze Duitse deelstaat in onze competitie. Echt Euregionaal dus. 

Heel globaal kun je het beugelen als volgt omschrijven: Een sport voor jong en oud! Beugelen vraagt om tactiek, behendigheid en spelinzicht. Je beugelt recreatief in tweetallen (eventueel onder begeleiding). Elk team speelt met twee gekleurde ballen van ongeveer 4 kg. Voor kinderen zijn er speciale lichtere ballen. Er zijn verschillende mogelijkheden en combinaties mogelijk met andere recreatieve bezigheden. Onderstaand onder -Geschiedenis in het kort- de omschrijving zoals op internet (Wikepedia) wordt weergegeven. Het bezorgersblad Distriqrant (nr. 30 februari/maart 2008) maakte het ooit heel erg bont door de sport -een soort cricket maar dan anders- te noemen. Ook wordt de geschiedenis in de column van Paul van der Steen in dagblad De Limburger van woensdag 14 november 2007 even aangehaald. Van der Steen refereert hier aan een aantal sporten die in de loop der eeuwen als Olympische demonstratiesport aan de hele wereld werden getoond. Op ludieke wijze wordt hier aandacht gevraagd voor de (Eu)regionale sport beugelen. 
Aansluitend een artikel van 17 november 2009 over de absolute vedette van onze sport Johan Verest die op 14 november voor het eerst sedert 10 maart 2007 (49 competitiewedstrijden) weer een competitienederlaag leed. Het record blijft daardoor 58 competitiewedstrijden achter elkaar winnen en is in handen van (uiteraard) Johan zelf.
Geschiedenis in het kort.
In Haarlem schonk in 1390 Hertog Albrecht een stuk grond om er een beugelbaan op aan te leggen. In de archieven van Deventer stond in 1432 vermeld dat er werd gebeugeld aan de oever van de IJssel. Een van de eerste afbeeldingen dateert uit 1600. Een schilderij van Pieter Brueghel de Jonge toont het Beugelspel tijdens de St. Joriskermis. Ook is er een pentekening uit 1611 van Augustus von Mayerburg die het beugelspel toont voor het paleis van de ambassadeurs in Moskou. Een houtsnijwerk in het St. Anna-altaar in Kempen (Duitsland) beeldt 2 beugelende kinderen uit.
Misschien was het in het begin een spel van de adel. Al snel (1483, verordening in Deventer) werd het door het gewone volk overgenomen en groeide het beugelen uit tot een echte volkssport. Tot aan de Tweede Wereld Oorlog trof men vooral in Limburg en Brabant in elk dorp nog één of twee beugelbanen aan. Dit waren merendeels niet-overdekte banen, in de buurt van herbergen, waar men uitsluitend voor ontspanning beugelde, of toernooien speelde om hammen en worsten. In 1933 werd de Nederlandse Beugel Bond opgericht. Er worden nu competitiewedstrijden gespeeld. Het blijft een volksspel, dat hoort bij Brabant, Limburg en Belgisch Limburg.
Het spel:
Het beugelen wordt gespeeld op een baan met lemen ondergrond en een afmeting van ca 10.50 lengte en ca 5.15 meter breedte, met op 1/4 van de lengte van boven een ijzeren beugel (de poort). De bedoeling van het spel is om de bol (maximaal 4 kg in gewicht) met een slaghout (vroeger altijd een platte slaeger, tegenwoordig vrijwel altijd een schop)

door de poort te spelen. Er wordt individueel in groepsverband gespeeld tussen twee ploegen van 5 spelers. Elke speler speelt met twee bollen, zodat er totaal 4 bollen in het spel zijn. Alle bollen worden door de respectievelijke spelers om en om gespeeld. Punten worden gescoord door de bal door de poort te spelen of de bal van de tegenstander aan de korte kant, het verst van de beugel, uit de baan te spelen.
Het spel vereist geen specifieke kracht of lichamelijke getraindheid. Spelinzicht en spelvaardigheid zijn de belangrijkste criteria. Het spel kan gespeeld worden door jong en oud en door mannen en vrouwen.

Wil je alles over de geschiedenis weten dat is het boek -Beugelen klassieker onder de sporten-van Jan Klerken een absolute aanrader. Dit boek is in september 2008, in een eenmalige oplage van 1000 stuks, uitgegeven ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van beugelclub de Kuiters uit Tegelen. Het is niet in de winkel te koop, maar de Nederlandse Beugelbond heeft nog enkele exemplaren beschikbaar. Overigens heeft Jan niet stilgezeten en is er inmiddels een 2^e boek klaar en werkt hij aan het 3^e.Als je een van de boeken eerst een keer wil inzien, stap dan binnen bij de beugelclub in je woonplaats (Een overzicht van alle beugelverenigingen met de adressen kun je vinden onder https://www.beugelen.nl/verenigingen) en vraag of zij een inzage-exemplaar hebben. Er is nog een beperkt aantal exemplaren verkrijgbaar van het tweede boek van Jan. Het prachtige boek bevat heel veel wetenswaardigheden aangevuld met talloze mooie foto’s en beeldmateriaal over onze sport. Een naslagwerk van ruim driehonderd bladzijden waar iedere beugelliefhebber vele uren van kan genieten. Het boek is verkrijgbaar bij de commissie PR & Historie van de Nederlandse Beugel Bond voor € 25, =.
Bestellen kan door een mail te sturen naar commissie.pr@beugelen.nl ter attentie van Mart Duijf.

Dat Paul van der Steen, columnist dagblad De Limburger, de ontwikkelingen in de beugelsport niet volgt moge duidelijk zijn voor iedere beugelaar die zijn column op woensdag 14 november 2007 heeft gelezen. Wél konden we met genoegen vaststellen dat onze sport eindelijk eens op de voorpagina stond vermeld.
Letterlijke tekst:
Opportunisme viert hoogtij in Den Haag. Slechts één vrouw biedt dapper weerstand en realiseert zich dat regeren nog altijd vooruitzien is. Minister Maria van der Hoeven van Economische Zaken zou het schitterend vinden als de Olympische Spelen van 2028 in Nederland zouden worden gehouden en trekt vierhonderdduizend euro uit voor een haalbaarheidsonderzoek.
2028 is goed gekozen. Precies een eeuw na de eerste Spelen in Nederland en ver genoeg weg om de zekerheid te hebben dat Saar Boerlage alleen nog murmelend en met rollator in verzet kan komen tegen het sportevenement.
Van der Hoevens inventiviteit staat ook garant voor andere dan alleen de traditionele locaties. Dat wordt waterpolo in de Keizersgracht en de vechtsporten in Slotervaart. Voor het schieten zal het OLS-terrein van 2028 de concurrentie aan moeten met het op dit gebied inmiddels zeer ervaren Oud-Zuid. Beugelen als demonstratiesport in Café Antiek in Baarlo zou een mooi alternatief kunnen zijn voor Limburg.
Zeker, er zullen kapers op de kust zijn voor de kandidatuur. Bij verlies kunnen we ons troosten met de Olympische gedachte dat meedoen belangrijker is dan winnen. En hoelang hebben we niet fijn kunnen napraten over het debacle van 1992? Mocht Amsterdam 2028 het halen, dan verdient Van der Hoeven een dertig meter hoog marmeren standbeeld in het Olympisch Stadion. Volgens de beste Griekse tradities decent bloot -nou vooruit, ze mag nog net een vosje om hebben - en met een enkele meters brede Maria-glimlach.
• PAUL VAN DER STEEN
p.van.der.steen@mgl.nl
blog: wwwlimburger.nl

De beugelsport weer eens op de voorpagina. Geen inhoudelijke propaganda voor de sport maar een inkijk in de zielenroerselen van de absolute vedette van onze sport. Onderstaande regels (1) sierden de voorpagina van Dagblad de Limburger van dinsdag 17 november en de 7 vragen (2) eronder stonden in de rubriek -Na de douche- in het sportkatern.
Conclusie: Ook Johan Verest is maar een mens; al blijft onverlet dat je van bijzonder goede huize moet komen om hem te verslaan. Een reden te meer om hem te blijven zien als de sympathieke beugelaar die nooit op een onvertogen woord over leiding- of tegenstander te betrappen is en hopen dat het tussen de oren snel goed komt. Intussen staan de hoofdklassers in de rij om hem van een nieuw record af te houden. Immers elke sport heeft zijn helden en aan ieder tijdperk komt (vaak onverwacht) een sportief einde.
Citaat dagblad de Limburger van dinsdag 17 november 2009.
(1) HELDEN - Het werd voor schier onmogelijk gehouden, maar zaterdag gebeurde het dan toch: voor het eerst in bijna drie jaar verloor Johan Verest, beter bekend als de  Cruijff van het beugelen, weer een partij. Verest bleef bijna vijftig wedstrijden ongeslagen. Eerder in zijn carrière slaagde hij er al eens in om 58 keer op rij te winnen. Verest vond zijn verlies vooral een mentale zaak: ik wilde weer een bijzondere reeks neerzetten. Het zat tussen de oren.

(2) Na de douche
1
Spreken we hier met de Johan Cruijff van het beugelen, de Michael Jordan van Helden-Panningen, de Eddy Merckx van de Peel, de Mozart van het Beugelhoes?
- Ho, ho, rustig. Ja, die termen heb ik wel eens gehoord. Over Cruijff en zo. Maar ik hoef niet zonodig op de voorgrond -.
2
Johan I, je zult er toch aan moeten geloven. Gewetensvraag: wat deed jij op de historische dag 10 maart 2007?
-Pfffff-. Was dat de laatste keer dat ik heb verloren? Inderdaad, het moet ergens aan het eind van dat seizoen zijn geweest.
3
Nog een gewetensvraag: wat deed jij op de historische dag 14 november 2009?
-Eerlijk is eerlijk: het was geen pech of zo, ik kon het verlies gewoon niet afwenden. Maikel Leijsten, mijn tegenstander, is een zeer goede beugelaar. Ik maakte zelf een paar beslissende fouten en dan ben je op dit niveau gezien-.
4
Hoe moet ik dit in godsnaam aan mijn kinderen gaan uitleggen? Johan Verest verliezen, dat kan toch alleen op de Playstation?
-Dat is nu het grote misverstand. Iedereen denkt -die Verest wint wel weer-, maar zo werkt het niet. Ik beugel al 26 jaar, maar zelfs dan kan het zelfvertrouwen haperen. Het begon al vorige week dinsdag, toen ik terugkwam van de training. Ik heb geen lekker gevoel, zei ik tegen mijn vrouw. Toen ik zaterdag naar de zaal liep, zei ik het opnieuw. Ik vertrouwde het gewoon niet. Het zat tussen de oren en dat kun je bij het beugelen niet gebruiken. Ik was net niet scherp genoeg op beslissende momenten.
5
Zullen de bookmakers in Helden niet leuk vinden, je quotering was 1-1,00001. Iemand die op jouw nederlaag heeft gegokt, kan nu zelf een beugelpaleis bouwen.
-Haha, zoveel bookies zijn hier niet. Kijk, ik heb één keer eerder een dergelijk mooie reeks mogen neerzetten. Bleef ik 58 wedstrijden achter elkaar ongeslagen. Nu was ik op weg naar de 50. Stiekem droomde ik ervan om die serie te overtreffen. Wellicht begon het zó te kriebelen dat me dat parten heeft gespeeld-.
6
De Abramovich van het beugelen meldt zich volgens de laatste geruchten pas over een jaar of driehonderd. Kerel, had je niet gewoon een andere sport moeten kiezen? Had je nu in de Quote 500 gestaan.
-Ach, als ik voetballer was geworden, had niemand ooit van Johan Verest gehoord. En als tennisser was het ook niets geworden. Laat mij nu maar fijn beugelen. Ik ga me nu ook niet richten op een nieuwe reeks of zo. Je mag best over drie jaar weer bellen, maar ik kan je niks verzekeren-.
7
Bescheiden woorden van een groot kampioen! -Is dat zó?-

De Nederlandse kampioenschappen leveren ieder jaar weer nieuwe(re) historie op zoals U hieronder kunt lezen. Ons streven is om dit ieder (voor)jaar te actualiseren, eventueel gelardeerd met  artikeltjes uit de Limburger waarbij we de bron (de Limburger) niet meer iedere keer zullen vermelden. Ook zullen we jaarlijks de foto's van de finalisten opnemen uit https://www.beugelen.nl/nk-alle-jaren niet om doublures te creëren maar zodat u ze in één oogopslag allemaal kunt bekijken.

Helden 2010

De hoofdfinale van het NK Beugelen in Helden was gisteren letterlijk een OnderOnsje.

Met Onno van Knippen­berg (24) en Rob Geelen (17) traden twee boezemvrienden in het strijdperk die normaliter samenspelen bij beugel­vereniging Onder Ons Neer. Knippen­berg won nipt: 30-28.

Bij het woord beugelen den­ken sommigen aan een va­kantiebaantje bij Grolsch, anderen aan het populaire orthodontiehulpje voor tanden. In Midden- en Noord-Limburg kun­nen dergelijke associaties absoluut niet door de beugel. Evenmin als oneerbiedige vergelijkingen met cricket en jeu-de-boules. In deze regio weet dan ook ieder kind dat met beugelen een van Nederlands oudste balsporten wordt bedoeld. Over de oorsprong van de klassie­ker onder de volksspelen doen vele fabels de ronde. Aannemelijk is het verband tussen beugelen en soort­gelijke spelen rond 1200, zoals golf en het Franse mail, dat later in Ne­derland op de zogenaamde malieba­nen werd beoefend. Een pentekening van het beugelspel voor het paleis van de ambassa­deurs in Moskou geeft aan dat beu­gelen aanvankelijk een spel van de adel was. Al snel werd het echter door het gewone volk overgeno­men. In de buurt van herbergen speelde men toer­nooien met ham­men en worsten als hoofd­prijs. Anno he­den wordt beugelen al­leen nog in delen van Limburg, Brabant, België en Duitsland beoefend. De finales in Helden blijken zelfs een exclu­sief Lim­burgse aange­legenheid. -De hoofd­klasse, de hoogste klas­se bestaat ge­heel uit Limburg­se vereni­gingen-, zegt Wim Grommen. De speler van het tweede team van Helden is ook de voorzitter van de Nederlandse Beugelbond (NBB). Achter Grommens kennismaking met de beugelsport schuilt een amusant verhaal. -Ik voetbalde bij de veteranen van Helden op het voetbalterrein hiernaast. Na de trai­ning kwamen we hier in het clublo­kaal van HBC vaker een pilsje drinken. Op een bepaalde dag moet het erg laat geworden zijn, want de dag erna kreeg ik een mailtje waarin werd bevestigd dat ik lid was gewor­den van de beugelvereniging-, ver­telt Grommen met pretoogjes. Inmiddels is de inwoner van Hel­den verslaafd aan het beugelen. „Het is een fantastische sport, die naast speltechnische vaardigheden ook tactisch vermogen vereist. Je kunt tot je zeventigste op topni­veau spelen. In andere sporten is dat vaak 35 jaar. Beugelen kan dan ook een prima vervolg zijn op een andere sportloopbaan. Ook voor de jeugd is het een prima sport. Ik heb dan ook recent afspraken ge­maakt met het Huis voor de Sport dat bij alle toekom­stige multifunc­tionele spor­taccommo­daties in Limburg een beugelbaan wordt op­genomen. Het aantal beugelbanen in Limburg, momenteel zijn dat er 120, waarvan de helft buitenbanen, zal de komende jaren dus fors stijgen. Het elf se­nioren en vijf jeugd-teams (175 leden) tellen­de HBC is al jaren een topper in de hoogste klas­se. Niet in het minst omdat de actuele koploper in de hoofdklasse met Johan Verest (37) de Tiger Woods van het beugelen in huis heeft. Sportief wel-teverstaan! Verliezen doet de geboren Braban­der maar eens in de twee a drie jaar. Het was dan ook een dave­rende verrassing dat de thuisfavoriet in de voorrondes verloor van Tom Klerken. Die verloor op zijn beurt weer van Rob Geelen uit Neer. De zeventienjarige havo-student is wat je noemt een natuurtalent. Geelen beugelt pas drieënhalf jaar en speelt nu al zijn tweede seizoen in de hoofdklasse. En dat terwijl beugelen een echte ervaringssport is. Zo won Simon van Dongen uit Zeeland op 8 mei 2005 in Hoogeloon op de respectabele leeftijd van tachtig jaar het Nederlands kam­pioenschap. In de derde klasse, maar toch. Finalist Onno van Knippenberg is verheugd dat er in Helden twee jon­geren in de finale staan. „Beugelen heeft momenteel ten onrechte een beetje een oude lullen-imago. De 24-jarige Fontys-student Knippen­berg blijkt min of meer de leer­meester van Geelen. Grinnikend: -Nadat we als koppel een toernooi wonnen, kregen we een half var­ken als prijs. Dat heeft Rob gestimu­leerd. We trainen tegenwoordig vier keer per week samen. Er is geen andere sport, waarin je in zo korte tijd zoveel kunt leren-, meent Rob Geelen. Goeroe Johan Verest ziet desondanks Van Knip­penberg als favoriet. „Ik denk dat de ervaring van Onno de doorslag gaat geven. - Verest krijgt gelijk. Na een bloedspannende strijd pusht Van Knippenberg de allesbeslissende bol door de beugel. In de 1^e klasse werd Sir Peeters (Helden) kampioen, in de 2^e klasse Christ Truyen uit Stramproy en in de 3^e klasse eiste Jan Hovens uit Tegelen de 1^e plaats op.  Bij de A-jeugd was Martijn Daniels uit Tegelen de sterkste en de kampioen bij de B-jeugd werd Roy Dorssers uit Helden.

Ospel 2011  

Dit is de droom van el­ke beugelaar, het hoogst haalbare. Ik ben heel gelukkig met deze prijs, aldus een blije Wiel Knapen jr. van De Kuiters uit Tegelen die Nederlands kampioen 2011 werd in de Ereklasse van de Nederlandse Beugelbond (NBB). Voor Wiel Knapen was het zijn eerste grote prijs. De 29-jarige trucker is ca 15 jaar lid van de Tegelse beugelclub de Kuiters. In de finale won hij nipt met 30-28 van Rob Geelen van Onder Ons uit Neer. In de Topklasse ging de titel naar Roy Geurts (33) van De Flatsers uit Baarlo. Roy Geurts: -Drie jaar gele­den stopte ik met beugelen om meer tijd te krijgen voor de op­bouw van een gezin en mijn hobby autocross. Nu staat beugelen weer op nummer een-. Voorheen was hij ooit kampioen in de derde klasse van het district Noord. Nu in de finale wist hij in twintig minuten Ben Huys (ODL-Kronenberg) met 20-30 van de baan te spelen. Een forse nederlaag voor Huys (61):  -In de finale kon ik mij niet voldoende oppeppen. Het was ge­woon op, zeker toen ik al meteen begon met een misser op de ring-. De persoonlijke Nederlandse kampioenschappen werden voor het eerst in een andere opzet ge­speeld. Voorheen had elke klasse zijn kampioen. Nu is op basis van de resultaten in het voorgaande sei­zoen een spelersranking gemaakt. De hoogst geklasseerden zijn onder­gebracht in de Ereklasse. Dit systeem bevordert dat de sterkste spelers elkaar eerst treffen aan het einde van het toernooi. De titelstrijd was dit weekeinde in Ospel, organisatie Beugelclub t Kloeëster en de NBB.

De kampioenen:

2012 Meijel

Marco Caris heeft bij het NK beugelen in Meijel de finale in de ereklasse op zijn naam geschreven. De beugelaar van Ons Genoegen uit Ell was in een uiterst spannende eindstrijd met 30-28 te sterk voor Johan Verest. De topper van HBC Helden was in de competitie nog ongeslagen en startte daarom als favoriet aan het kampioenschap. In de halve finale bracht Rob Geelen van BC Onder Ons uit Neer (de afgelopen twee jaren verliezend finalist) Verest al aan het wankelen, maar de favoriet stootte met 30-24 door naar de eindstrijd. Caris moest in zijn halve finale ook een achterstand wegwerken tegen iemand van BC Onder Ons. Onno van Knippenberg boog met 30-20 het hoofd. De finale kon vervolgens alle kanten op. Verest, die al een paar jaar, wacht op zíjn zoveelste titel, greep uiteindelijk opnieuw naast het goud. Daardoor lijkt voor de levende beugellegende langzaam maar zeker een vloek te rusten op de nationale titelstrijd. Ook de finale in de topklasse kende een spannend verloop. Jan Saris van Ons Plezier (Hegelsom) rekende met 30-26 af met Henk Mertens van De Flatsers (Baarlo). De eindstrijd in de runner-up klasse kende dezelfde uitslag. Timo Versteegen (Sevenum) betrad de hoogste trede van het podium na een zege op Stefan Croonenbroek (Neer). Bij de jeugd tot 14 jaar versloeg Donné Versteegen clubgenootje Tuan Anh Nguyenm (ook) met 30-26. Bij de jeugd vanaf 14 jaar versloeg Franklin Evers (Grathem) Jeroen Daniels uit Tegelen (ook al) met 30-26 en eiste zo de titel voor zich op.

Foto https://www.beugelen.nl/nk-alle-jaren

2013 Kessel

Marco Caris (Ell) prolongeert titel

KESSEL - Marco Caris van beugelclub Ons Genoegen uit Ell heeft voor de tweede keer op rij het Nederlands kampioenschap behaald in de Ereklasse van de Nederlandse Beugelbond (NBB). In de finale stond hij, evenals vorig jaar, weer tegenover Johan Verest (HBC-Helden). Na een spannende strijd tussen de beide beugelgiganten was het Caris die met 30-26 de titel wist te prolongeren. Opmerkelijk was dat de beide finalisten vooraf in de halve finale moesten afrekenen met de enige twee nog ongeslagen competitiespelers. Zo won Johan Verest nipt met 30-28 van René Ververgaard (Kuiters-Tegelen) en Marco Caris met 30-22 van Onno van Knippenberg (Onder Ons-Neer). In de topklasse ging de landstitel naar Erwin Lansbergen (Meijel). Hij won gemakkelijk met 30-18 van thuisspeler Sjra Naus (OVU-Kessel) die niet van het baanvoordeel wist te profiteren. Onder de talrijke aanwezigen die de wedstrijden bijwoonden waren Gouveneur Theo Bovens, die de opening verrichtte, en weerman Thijs Zeelen die de prijsuitreiking verzorgde. In de Runner-Up Klasse ging Dré Breukers (Onder Ons-Neer) met de overwinning naar huis. Roy Reijners (Kessenich) moest genoegen nemen met de tweede plaats.